Om als projectprofessional een certificaat te halen, is een interview met een assessor soms onderdeel van het traject. Met de verhalen van assessoren krijg je niet alleen inzicht in hun ervaring en waarom ze assessor zijn geworden. Ook wat jou als kandidaat staat te wachten. Maak kennis met assessor Paul van der Steur!
Wie ben je?
Ik ben Paul van der Steur, ik ben 62 jaar en al meer dan 25 jaar werkzaam als projectmanager. In heb vele typen projecten gedaan voor veel verschillende opdrachtgevers uit tal van branches. Ik ben gecertificeerd in 1998 en een jaar later als assessor aan het werk gegaan. Mijn achtergrond is Bestuurskunde op de TU Twente. Ik heb deze studie gecombineerd met Bedrijfskunde en IT. Dat maakte dat ik nog geen echte beroepskeuze hoefde te doen en dat is achteraf een juiste beslissing geweest. Ik had toen nog geen idee dat ik in de wereld van de projecten terecht zou komen. Dat ontdekte ik gedurende de eerste jaren bij PTT Telecom, het latere KPN. Dit grote bedrijf bood mij de kans mijn kwaliteiten te ontdekken en om uiteindelijk een keuze te maken voor projectmanagement. Ook boden zij mij in- en externe opleidingen aan om mij in dit vakgebied verder te ontwikkelen. En hiervoor ben ik ze nog steeds dankbaar. Bijna 20 jaar hebben wij in verschillende situaties van elkaar dankbaar gebruik gemaakt.
Ik ben mij altijd bewust geweest dat ik een bevoorrecht persoon ben. Ik heb kansen gekregen die anderen niet gekregen hebben. Daarom heb ik mij ook altijd als vrijwilliger ingezet voor de maatschappij.
Ik hou van sport en heb mij, met mijn projectmanagement-vaardigheden, graag ter beschikking gesteld. Diverse hockeyverenigingen, mijn fietsvereniging, de KNHB, de Arnhemse politiek, de Arnhemse Sportfederatie en Papendal hebben daar dankbaar gebruik van gemaakt.
Sinds januari 2021 ben ik weduwnaar. De afgelopen jaren heb ik het grootste deel van mijn tijd besteed aan mantelzorg. Alleen mijn activiteiten voor IPMA Certificering liepen door. Dat was goed te combineren. Het afgelopen jaar heb ik tijd genomen om na te denken hoe ik mijn leven wilde gaan inrichten, zowel zakelijk als privé. Een van mijn eerste beslissingen was dat ik door wilde gaan met werken voor IPMA Certificering. Dus ik ben weer intensief bezig met het beoordelen van de schriftelijke IPMA-examens (D en C) en het afnemen van mondelinge assessments (voor IPMA C- en B-certificering). Ook het uitvoeren van audits voor het IPMA Keurmerk voor opleiders heb ik weer opgepakt.
Recentelijk ben ik gevraagd om een coaching rol op mij te nemen voor een competitie van IPMA YoungCrew Nederland. Ook dit past uitstekend in het beeld dat ik nu heb van hoe mijn werk er in de komende jaren uit moet gaan zien. Het is altijd mijn aard geweest mensen te helpen beter te worden in het vak.
Dat is ook wat ik leuk vind aan projecten: dat je het samen doet met anderen. Zo vind ik het heerlijk om mensen dingen te laten doen waarvan ze nog wisten dat ze het kunnen en het interessant vinden om te doen. Ik vind het ook mooi om ze mee te nemen in mijn ervaringen en leermomenten. En om ze zelf ook waardevolle kennis en ervaringen op te laten doen.
Een belangrijke les voor zij die net beginnen met projectmatig werken is dat er geen wetmatigheden zijn die altijd gelden. Projecten zijn nooit altijd hetzelfde. Je weet wat je gisteren deed en vandaag doet (soms dat niet eens) maar wat de dag van morgen brengt weet je vaak maar vaag. In projecten is er elke keer wel iets anders of nieuws: mensen, processen, technieken, doelen, omgeving etc. Met name opdrachtgevers vragen een constant vermogen om met veranderingen mee te kunnen bewegen. En als projectmanager word jij geacht daar structuur in aan te brengen en te beheersen. Daar moeten jij en je team een weg in weten te vinden. Er is niet één weg die naar het einddoel leidt, er zijn vele wegen naar het projectresultaat. Sommige wegen zijn langer in het aantal kilometers, maar interessanter in termen van kosten, tijds of risico’s. Dat soort keuzes moet je wel durven maken. Ik zeg dan altijd: “als het niet kan zoals het moet, dan moet het zoals het kan”.
Welke IPMA-certificaten heb je behaald en hoe verliep dat traject voor jou?
Paul Hesselman, destijds mijn collega bij KPN, was een van de eerste die het IPMA-certificaat in Nederland behaalde. Hij was een echte ambassadeur voor IPMA en het certificeringsstelsel. Hij heeft mij overtuigd om ook op te gaan voor het IPMA-certificaat. Dat zou goed zijn voor mij maar ook voor onze werkgever. Opdrachtgevers zouden dan sneller akkoord gaan met onze projectvoorstellen. Een gecertificeerde projectmanager geeft uitstraling aan de aanbieding.
Voordat ik aan mijn certificeringstraject begon, heb ik naar mijn cv gekeken en daar stonden toen al een aantal projecten op IPMA C en B niveau op. Dus qua ervaring zou ik aan de norm voldoen voor een B certificaat. Vervolgens heb ik de criteria voor IPMA B gebruikt om een gerealiseerd project uit te zoeken als referentieproject. Dat bleek toch lastiger dan ik in eerste instantie dacht. Ik heb toen besloten het om te draaien. Ik heb de competenties goed bestudeerd en ben toen op zoek gegaan naar een nieuw project dat qua complexiteit aan het B niveau zou gaan voldoen. Ik heb dat project opgepakt en uitgevoerd, gebruik makend van de IPMA-competenties, zodat ik dit project probleemloos als referentie project zou kunnen gaan gebruiken. Met regelmaat heb ik mij hierop laten coachen en heb ik spiegelgesprekken gevoerd met opdrachtgever, lijnmanager en teamleden. Dat werkte voor mij heel goed.
En toch kostte de documentatie voor de certificering veel tijd. Daar moest ik echt even voor gaan zitten. Het is de basis voor het assessment. En dat is nog steeds zo.
Het traject zelf was een bron van informatie voor en over mijzelf. Ik zie zo’n traject als een krakeling: je leert vanuit IPMA, je past toe in de praktijk en je leert weer, constant en bewust. Want dat is essentieel, bewust keuzes maken. Dan kun je daar namelijk ook op terug komen en er leermomenten aan koppelen.
Dat een persoon alle IPMA-competenties in zich heeft is een utopie. Ieder mens heeft meer en minder ontwikkelde competenties. Maar het maakt je als mens completer als je weet wat jouw sterke en minder sterke kanten zijn. In projecten betekent dit dat je bepaalde competentie om je heen kunt verzamelen als jij die niet zelf kunt inbrengen. Zeker als het een kritieke succesfactor voor het project lijkt te zijn. Dat klinkt logisch maar je moet het ook durven. Het maakt jezelf kwetsbaar, maar daar is niks mis mee.
Een bijzonder moment was mijn assessment-gesprek. Dat herinner ik mij nog erg goed. Het was op een zaterdagochtend in Utrecht. En ik was bloednerveus. Ik dacht wat gaat hier gebeuren? Het gesprek verliep erg goed. We hebben over mijn project en het vak gesproken. Heel relaxt. De tijd was voorbij voor ik het wist. Tijdens de evaluatie vond ik het toch spannend worden. Maar bij terugkomst was het direct over. Ze feliciteerden mij. Ik had het certificaat meer dan verdiend. En we zijn als collegae nog zeker een klein uur door blijven praten.
Wat is de grootste misvatting van een IPMA Certificaat?
De uitspraak van Gerrit Koch – een van de eerste IPMA gecertificeerden in Nederland – past hier het beste bij, namelijk: “Het is een bewijs uit het verleden, maar is geen garantie voor succes in de toekomst”. Ik ben het hier helemaal mee eens.
Daarom mag en kan je verwachten dat als de projectmanager IPMA gecertificeerd, hij professioneel met het project omgaat. Daarbij verwijs ik naar de IPMA-standaarden. Maar dat is iets anders dan een gegarandeerd projectresultaat. Van een IPMA gecertificeerde mag je verwachten dat hij/zij uit een project haalt wat erin zit. Maar als er sprake is van onhaalbare doelen, al dan niet verbonden aan de gestelde randvoorwaarden, dan zal dat op tijd en met redenen omkleed, worden gemeld aan de opdrachtgever. Van een IPMA A of IPMA B gecertificeerde mag je ook een advies verwachten hoe de post-projectfase er uit zou kunnen zien en waar/wanneer en onder welke voorwaarden een herstart zou kunnen plaats vinden. Ethiek is in mijn ogen daarbij een belangrijke competentie om zaken in een juist perspectief te plaatsen.
Hoe kijk jij naar de toekomst van projectmanagement?
In de kern zal projectmanagement in de toekomst niet echt veranderen. Hooguit dat accenten verschuiven en dan kijk ik vooral naar projectprocessen en organisatievormen. Als het gaat om de competenties zie ik weinig veranderingen aan de horizon. Ook hierin misschien alleen in de details en als het gaat om de accenten die gelegd worden. Ook dat is gezien de ontwikkelingen in afgelopen 25 jaar, niets nieuws.
Wat jammer genoeg ook niet zal veranderen is dat men het begrip project zal blijven misbruiken. Veel klussen worden project genoemd om ze een status te geven die ze eigenlijk niet verdienen. Daarmee worden beloningen en budgetten verkregen die daar niet passend voor zijn. Ook salariëringen worden daardoor in mijn ogen onterecht naar een hoger (te hoog!) niveau getild. Met andere woorden: er lopen veel mensen rond met op hun visitekaartje projectleider of projectmanager, maar zijn dat in de verste verte niet. En dat stoort mij. Maar hoe daar iets aan te doen weet ik niet. Het is geen beschermt begrip.
Als ik terugga naar jouw vraag, de toekomst van projectmanagement, dan moet ik denken aan een IPMA Congres van een tijd terug en een spreker die mij erg geïnspireerd heeft: Menno Lanting. Hij vertelde over een toekomstbeeld wat hij had en waarvan hij denkt dat het steeds vaker te zien zal zijn. Dat beschrijft hij in zijn boek Olietankers en Speedboten. Daarin schetst hij een situatie dat globale, zeer gedifferentieerde projectteams samen werken aan een groter, groots projectdoel. E.e.a. gebaseerd op de het feit dat heel veel kleine bedrijfjes in de wereld hele specifieke know-how vertegenwoordigen. Deze moet je samen kunnen brengen om tot unieke, grootse vernieuwingen te kunnen komen. Dit vraagt om een maatwerkachtige, hele specifieke vorm van projectmanagement. Ik denk dat het steeds belangrijker gaat worden om dit soort kennis bij elkaar te brengen. NASA was een dergelijke organisatie om daarmee de eerste man op de maan te kunnen zetten. Ook de rol van system-integrator krijgt hier een andere dimensie. Maar dat valt hier buiten ons onderwerp.
Welke tips geef jij kandidaten mee?
Voor nieuwe kandidaten heb ik de volgende tips:
Tip 1: Kies een project dat vanaf het begin jouw beoogde referentieproject is voor certificering. En doe dit niet achteraf. Voer het project uit met de IPMA-competenties ernaast. Dat maakt de “bewijsvoering” tijdens het assessmentproces een stuk eenvoudiger.
Tip 2: Tijdens het certificeringsproces leer je veel. En ook als je het niet haalt is het waardevol. Als je een assessment doet krijg je altijd tips en adviezen mee. Je kunt het altijd nog een keer proberen. Certificering geeft vertrouwen in wat je kan en maakt duidelijk wat je (nog!) niet kan. Dat maakt je sterker. Het maakt je bewust dat je altijd een keuze hebt. Ter illustratie hiervan raad ik het boek De Keuze door Dr Edith Eva Eger aan. Een heftig verhaal maar het maakte mij bepaalde dingen heel erg duidelijk. De belangrijkste: we hebben altijd een keuze, ook zien we dat niet direct.
Tip 3: Certificering helpt je bij je verdere persoonlijke ontwikkeling en planning van je loopbaan. Certificering doe je namelijk voor jezelf en niet voor anderen. Het kan een moment zijn waarop je gaat nadenken over wat je wilt met je loopbaan. Het helpt je bewuster te worden van jezelf en je kansen. Voelt het niet goed: doe het dan niet.
Het voordeel van het dragen van een certificaat is, dat je het gevoel hebt bij de beroepsgroep te horen. Dat sterkt je als professional. Erbij blijven, stimuleert ook om in jezelf te investeren.
Het groepsgevoel is in deze tijd van Corona essentieel om niet geïsoleerd te raken. Voor investeren in jezelf hebben we nu even meer tijd tot onze beschikking.